ingeschreven

Bedankt. We hebben een bericht gestuurd om uw e-mailadres te bevestigen.

Krijg onbeperkt toegang tot onze kennisbank

De kennis en ervaring die ons kantoor sinds 1926 heeft opgedaan delen we graag. Meldt u aan om toegang te krijgen tot onze kennisbank inclusief premium artikelen.

Geef mij toegang
Een boekenkast vol boeken over de rechtspraktijk.
Publicatie Bouwrecht

Aanneming van werk

Rob Bleeker | 05 apr 2001 · Leestijd 100 min

Verschenen in: Bleeker, R. G. T. (2001). Aanneming. Vastgoedmarkt almanak juridisch, 2001, 159–180.

Inleiding

Wettelijke regeling

Het Burgerlijk Wetboek bevat slechts enkele bepalingen over aanneming van werk. Die bepa­lingen dateren nog van het oorspronkelijke Burgerlijk Wetboek van 1838 en zijn overgeschre­ven uit de Code Civil van Napoleon. De regeling is niet alleen uiterst summier, maar ook erg ach­terhaald. Dat blijkt bijvoorbeeld uit art. 7A:1648 lid r: ‘Aanneming van werk houdt op door den dood van den aannemer’.

Vennootschappen bestonden immers nog niet ten tijde van Napoleon. 

In de praktijk maakt het niet zo veel uit dat die bepalingen ongeschikt zijn, omdat ze van rege­lend recht zijn, dat wil zeggen dat er bij overeen­komst van afgeweken mag worden. Van die afwij­kingsmogelijkheid maakt vrijwel iedere aanne­mer en opdrachtgever gebruik: in de aanne­mingsovereenkomst wordt dan verwezen naar algemene voorwaarden. 

Er ligt inmiddels wel een wetsontwerp voor een nieuwe regeling van aanneming van werk bij de Tweede Kamer, maar die maakt met de behande­ling van dat wetsontwerp weinig haast. In de praktijk is de behoefte daaraan dus blijkbaar ook niet zo groot. 

Algemene voorwaarden 

In vrijwel iedere aannemingsovereenkomst wor­den algemene voorwaarden van toepassing ver­klaard, waarin de wederzijdse verplichtingen van opdrachtgever en aannemer worden geregeld. De belangrijkste daarvan zijn de Uniforme Administratieve Voorwaarden (UAV) 1989 en de Koop-Aannemingsovereenkomst met Algemene Voorwaarden (KA/AV) van 1999, die hierna (9.3 respectievelijk 9.4) dan ook uitgebreid besproken zullen worden. Deze beide algemene voorwaar­den zijn in gezamenlijk overleg tussen aanne­mersorganisaties en overheden (UAV 1989) respectievelijk maatschappelijke organisaties als de Consumentenbond en de Vereniging Eigen Huis (KA/AV) tot stand gekomen. Die algemene voorwaarden worden daarom als evenwichtige regelingen beschouwd.

Voor de overeenkomsten die aannemers met onderaannemers of leveranciers sluiten, wordt veelal gebruik gemaakt van de eigen algemene voorwaarden van een van beide bedrijven en van algemene voorwaarden die door een branchever­eniging zijn opgesteld. Dergelijke algemene voorwaarden bevatten vaak een minder evenwich­tige verdeling van rechten en plichten. 

Wanneer een aannemer een deel van het werk aan een onderaannemer opdraagt, is het verstan­dig om daarbij . niet alleen de technische voor­waarden uit het hoofdbestek van toepassing te verklaren, maar ook de administratieve voorwaar­den. Zo kan de hoofdaannemer, die door zijn opdrachtgever wordt aangesproken op grond van paragraaf 12 UAV (zie hierna 9.3.5), bijvoorbeeld omdat er volgens de opdrachtgever sprake is van een verborgen gebrek in de betonvloer, in dat geval op grond van dezelfde bepaling zijn onder­aannemer aanspreken.

Ten opzichte van een leverancier moet die hoofd­aannemer in ieder geval de garantiebepalingen uit het hoofdbestek van toepassing verklaren, zodat hij voorkomt dat de leverancier zich bij­voorbeeld beroept op kortere garanties.

Bouwteam 

De gebruikelijke gang van zaken bij de totstand­brenging van een werk is dat de opdrachtgever samen met zijn adviseurs (architect, constructeur e.d.) een ontwerp maakt, waarna hij een aanne­mer zoekt om dat ontwerp uit te voeren.

Bij samenwerking in bouwteamverband wordt de aannemer bij de vervaardiging van het ontwerp betrokken. Die samenwerking heeft daarom twee belangrijke gevolgen: de aannemer krijgt een zekere medeverantwoordelijkheid voor de kwali­teit van het ontwerp en de aannemer mag als enige of als eerste een prijs voor dat ontwerp aanbieden.

Tijdens de uitvoering van het werk wordt ook wel eens gesproken van een bouwteam, maar dat heeft in de regel geen juridische betekenis: de onderlinge verhoudingen zijn dan neergelegd in aannemings- en adviseursovereenkomsten.

Ontwerp 

Wanneer een aannemer pas bij aanbesteding met een volledig gereed ontwerp wordt geconfron­teerd, komt het vaak voor dat die aannemer sug­gesties heeft voor verbeteringen of besparingen. Het bouwteam is erop gericht dergelijke opmer­kingen reeds tijdens de uitwerking van het ont­werp ter kennis te brengen van de opdrachtgever…

Lees hier het originele stuk verder: 2002-Aanneming-in-Vastgoedmarkt-Almanak-Juridisch-Den-Haag-UHS-2002-p.-159

Laat een reactie achter