Thomas de Leeuwe schreef een artikel over prijsstijgingen en §47 UAV in Cobouw nr. 8 – 2023.
De laatste jaren wordt veel gediscussieerd over prijsstijgingen. Het gaat dan vaak over §47 UAV 2012. Uit jurisprudentie blijkt dat de lat voor een geslaagd beroep daarop hoog ligt; vaak moet de aannemer het grootste deel van extreme prijsstijgingen voor eigen rekening nemen. In de meeste gevallen doet dat geen recht aan de contractuele verhouding tussen opdrachtgevers en aannemers. Ik pleit daarom voor een andere benadering van deze bepaling.
Zoals bekend heeft de bouw de laatste jaren veel last gehad van prijsstijgingen. Dat begon met stijgende materiaalprijzen, als gevolg van materiaalschaarste veroorzaakt door de coronacrisis. Later kwamen daar de stijgende energieprijzen bij; in het najaar van 2021 liepen die al langzaam op, maar na de inval van Rusland in Oekraïne zijn ze ‘geëxplodeerd’ (zoals meerdere rechters dat in zaken over prijsstijgingen inmiddels hebben genoemd). Vorig jaar zomer kwamen daar ten slotte nog stijgende transportkosten bij als gevolg van laagwaterstanden in de rivieren.
Inmiddels lijken de prijzen gelukkig weer wat te stabiliseren, maar nog steeds discussiëren opdrachtgevers en aannemers volop over de vraag wie het bonnetje van deze prijsstijgingen moet gaan betalen. Als de UAV 2012 van toepassing zijn op de aannemingsovereenkomst in kwestie, dan gaat zo’n discussie over §47; de bepaling over zogenoemde ‘kostenverhogende omstandigheden’. Bij extreme prijsstijgingen kan de aannemer op basis van die bepaling gedeeltelijke compensatie verlangen van de opdrachtgever.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel niet om contact op te nemen!
Klik hier voor het volledige artikel:
Prijsstijgingen, tijd voor een nieuwe benadering
Laat een reactie achter