ingeschreven

Bedankt. We hebben een bericht gestuurd om uw e-mailadres te bevestigen.

Krijg onbeperkt toegang tot onze kennisbank

De kennis en ervaring die ons kantoor sinds 1926 heeft opgedaan delen we graag. Meldt u aan om toegang te krijgen tot onze kennisbank inclusief premium artikelen.

Geef mij toegang
prijsvastbeding en prijsaanpassing
Blog Bouwrecht

Kostenstijgingen in de bouw: prijsvastbeding en prijsaanpassing

Hamza Atas | 25 feb 2025 · Leestijd 6 min

In de bouwsector leiden prijsstijgingen van bouwmaterialen vaak tot discussie. Om het risico van kostenverhogingen te beperken, kunnen partijen een prijsvastbeding opnemen in de aannemingsovereenkomst. Dit zorgt ervoor dat de aanneemsom in principe vaststaat tot het einde van het werk.

Hoewel een prijsvastbeding voor duidelijkheid en zekerheid zorgt, is een aannemer onder omstandigheden toch niet gebonden aan de afgesproken prijs. In deze blog besteed ik aandacht aan (de beheersing van) die omstandigheden.

Prijsaanpassing bij onvoorziene kostenstijging

Soms doen zich omstandigheden voor waarmee de aannemer geen rekening hoefde te houden bij het bepalen van de aanneemsom. Een bekend voorbeeld is een plotselinge en extreme stijging van staalprijzen. In zo’n geval biedt artikel 7:753 BW – als species van art. 6:258 BW – de aannemer de mogelijkheid om de rechter te vragen om de vaste prijs aan de kostenverhoging aan te passen.

De aannemer moet bij de rechter kunnen aantonen dat:

1) de kostenverhogende omstandigheden niet aan hem zijn toe te rekenen, en

2) hij bij de prijsvaststelling geen rekening hoefde te houden met de kans op de kostenverhogende omstandigheden.

Als de kostenverhoging het gevolg is van onjuiste gegevens die door de opdrachtgever zijn verstrekt, mag de aannemer de prijs zonder tussenkomst van de rechter aanpassen. Bijvoorbeeld als de opgegeven hoeveelheid of kwaliteit van materialen in het bestek van de aanbesteder onvoldoende of ongeschikt blijkt voor de uitvoering van het werk.

Prijsaanpassing beperken of uitsluiten

Hoewel een prijsvastbeding doorgaans bedoeld is om (ook onvoorziene) kostenstijgingen uit te sluiten, creëert de wettelijke mogelijkheid tot prijsaanpassing dus alsnog onzekerheid. Met name voor de opdrachtgever.

Aangezien artikel 7:753 BW van regelend recht is, kunnen partijen de toepassing van artikel 7:753 BW beperken of uitsluiten. Dat moet dan wel in duidelijke bewoordingen gebeuren.

De jurisprudentie biedt voor dit geval een oplossing: als contractspartijen de toepassing van artikel 7:753 BW willen uitsluiten, dan moeten zij dit uitdrukkelijk naast het prijsvastbeding in de overeenkomst op nemen.

Voor het antwoord op de vraag hoe artikel 7:753 BW uitdrukkelijk ter zijde kan worden gesteld, verwijs ik naar de uitspraak van 8 februari 2017 (nr. 72.067) van de Raad van Arbitrage. Daarin oordeelden arbiters dat de hoofdaannemer met de onderstaande bepaling artikel 7:753 BW voldoende uitdrukkelijk had uitgesloten:

[…] Wijzigingen in prijs, lonen, kosten sociale lasten, belastingen en andere kostenverhogende factoren, waaronder begrepen risico’s, zijn niet verrekenbaar, tenzij dit in de opdracht uitdrukkelijk anders is bepaald, en bovendien slechts dan ingeval zowel de verhogingen wettelijk zijn toegestaan alsook door [hoofdaanneemster] op gelijke wijze kunnen worden doorberekend [lees: aan haar opdrachtgever].

Zo moet dat dus.

Kostenverhogende omstandigheden in de UAV 2012

Partijen kunnen van artikel 7:753 BW ook afwijken door de UAV 2012 van toepassing te verklaren. Paragraaf 47 UAV kent een gelijksoortige regeling als die in artikel 7:753 BW. Daarin staat dat de aannemer recht heeft op bijbetaling wanneer:

– omstandigheden van dien aard intreden dat de aannemer bij het tot stand komen van de overeenkomst met de kans dat zij zich zou voordoen geen rekening behoefde te houden;

– deze omstandigheden de aannemer niet kunnen worden toegerekend en;

– deze omstandigheden de kosten van het werk aanzienlijk verhogen.

De aannemer dient wel de opdrachtgever zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van dergelijke omstandigheden (par. 47 lid 3 UAV). De opdrachtgever kan er in plaats van bijbetaling dan ook voor kiezen om het werk te beperken, te vereenvoudigen of te beëindigen (par. 47 lid 4 UAV).

De overeenkomst prevaleert boven de UAV (par. 47 lid 5 UAV). Partijen zouden dus – als zij dat wensen – ook van de UAV kunnen afwijken. Dat dient uiteraard wel op dezelfde wijze als hierboven besproken uitdrukkelijk naast het prijsvastbeding in de aannemingsovereenkomst te gebeuren.

Conclusie

Een prijsvastbeding biedt zekerheid, maar is niet altijd absoluut. Artikel 7:753 BW en de UAV 2012 geven aannemers onder bepaalde omstandigheden de mogelijkheid om een prijsaanpassing te claimen. Wil een opdrachtgever deze mogelijkheid uitsluiten, dan moet dit expliciet en ondubbelzinnig in de aannemingsovereenkomst worden vastgelegd.

Wil je meer weten over prijsvastbedingen en prijsaanpassingen? Neem dan gerust contact met mij op.

Laat een reactie achter