ingeschreven

Bedankt. We hebben een bericht gestuurd om uw e-mailadres te bevestigen.

Krijg onbeperkt toegang tot onze kennisbank

De kennis en ervaring die ons kantoor sinds 1926 heeft opgedaan delen we graag. Meldt u aan om toegang te krijgen tot onze kennisbank inclusief premium artikelen.

Geef mij toegang
Een boekenkast vol boeken over de rechtspraktijk.
Publicatie Aanbestedingsrecht

Onderhande­lingsprocedure zonder voorafgaande bekend­making onder voorwaarden toegestaan

Daan Versteeg | 19 okt 2022 · Leestijd 56 min

Verschenen in: SDU & D. Versteeg. (2022, 7 oktober). JAAN 2022/110. Jurisprudentie Aanbestedingsrecht, 2020(afl. 6), 524–541.

Hof van Justitie EU | 16 juni 2022, nr. C-376/21, ECLl:EU:C:2022:472 (N. Jääskinen, kamerpresident, M. Safjan, M. Gavalec) | Noot mr. D.R. Versteeg

Aanbestedende dienst. Beginselen van aanbestedingsrecht. Drempelbedrag. Nationale procedureregels. Onderhande­lingsprocedure zonder voorafgaande bekend­making. Wezenlijke wijziging.

[Richtlijn 2014/24 art. 4, art. 18, art. 32; Verordening 966/2012 art. 102, art. 104; financieel Reglement art. 160, art. 164]

Het verzoek om een prejudiciële beslissing betreft de uitlegging van art. 102 en 104 Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012. Dit verzoek is ingediend in het kader van een geding tussen de Zamest­nik-ministar na regionalnoto razvitie i blagoustro­ystvoto i rakovoditel na Upravlyavashtia organ na Operativna programa ‘Regioni v rastezh’ 2014-2020 (viceminister van Regionale Ontwikke­ling en Infrastructuur, in zijn hoedanigheid van hoofd van de managementautoriteit van het ope­rationele programma ‘Regio’s in groei’ 2014-2020; hierna: minister) en de Obshtina Razlog (gemeen­te Razlog, Bulgarije) inzake het besluit waarbij de minister deze gemeente een financiële correctie heeft opgelegd wegens schending van de regels inzake, ten eerste, het plaatsen van overheidsop­drachten en, ten tweede, het gebruik van de aan die gemeente toegekende Europese middelen. Vanwege de omvang van het arrest komen de prejudiciële vragen en antwoorden hierna slechts summier aan bod.

Eerste vraag
Op de eerste vraag moet worden geantwoord dat art. 160 lid 1 en 2 Financieel Reglement en art. 702 lid 1 en 2 verordening nr. 966/2012 aldus moeten worden uitgelegd dat zij niet van toepassing zijn op de procedures voor het plaatsen van opdrach­ten die door aanbestedende diensten van de lid­staten worden georganiseerd, zelfs wanneer die opdrachten met middelen uit de Europese struc­tuur- en investeringsfondsen worden gefinan­cierd.

Tweede vraag
Deze luidt: indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, moeten dan de in art. 160 lid 1 verordening 2018/1046 en art. 102 lid 1 verorde­ning nr. 966/2012 verankerde beginselen van transparantie, evenredigheid, gelijke behandeling en non-discriminatie aldus worden uitgelegd dat deze bij de gunning van een overheidsopdracht door middel van een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking niet in de weg staan aan een volledige beperking van de mededinging, wanneer het voorwerp van de overheidsopdracht geen specifieke kenmerken heeft die objectief gezien ertoe nopen dat deze uitsluitend door de uitgenodigde ondernemer wordt uitgevoerd? Moeten met name art. 160 lid 1 en 2 jo. art. 164 lid 1 onder d) verordening 2018/1046 en art. 102 lid 1 en 2 jo. art. 104 lid 1 onder d) verordening nr. 966/2012 aldus worden uitgelegd dat deze niet in de weg staan aan een nationale regeling als aan de orde in het hoofdge­ding, volgens welke de aanbestedende dienst na de afronding van een aanbestedingsprocedure wegens de ongeschiktheid van de enige ingedien­de inschrijving, de mogelijkheid heeft om slechts één ondernemer uit te nodigen om deel te nemen aan een onderhandelingsprocedure zonder voor­afgaande bekendmaking, wanneer het voorwerp van de overheidsopdracht geen specifieke ken­merken heeft die objectief gezien ertoe nopen dat deze uitsluitend door de uitgenodigde onderne­mer wordt uitgevoerd?

In zijn tweede vraag refereert de verwijzende rechter respectievelijk aan art. 160 en 164 Financi­eel Reglement en art. 102 en 104 verordening nr. 96612012. Uit het antwoord op de eerste vraag volgt evenwel dat deze bepalingen in de onderha­vige zaak niet van toepassing zijn. Deze bepalin­gen, waarin de aanbestedingsbeginselen zijn neergelegd, hebben echter hetzelfde voorwerp als art. 18 lid 1 RI. 2014124, waaruit eveneens een ver­plichting voortvloeit om de fundamentele aanbe­stedingsbeginselen in acht te nemen. 

Art. 32 lid 2 onder a) RI. 2014124, gelezen in sa­menhang met art. 18 lid 1 van die richtlijn, moet aldus worden uitgelegd dat een aanbestedende dienst in het kader van een onderhandelingspro­cedure zonder voorafgaande bekendmaking de mogelijkheid heeft om zich te wenden tot slechts één ondernemer wanneer in die procedure de oorspronkelijke voorwaarden van de opdracht die waren vermeld in een eerdere openbare procedu­re die werd beëindigd wegens de ongeschiktheid van de enige ingediende inschrijving, zonder we­zenlijke wijzigingen worden overgenomen, ook al vertoont het voorwerp van de betrokken opdracht objectief gezien geen specifieke kenmerken die rechtvaardigen dat de uitvoering ervan uitslui­tend aan die ondernemer wordt toevertrouwd. Volgens art. 32 lid 2 onder a) eerste alinea RI. 2014/24 kan deze procedure met name worden gevolgd voor overheidsopdrachten voor leverin­gen, indien in het kader van een openbare of niet-openbare procedure geen of geen geschikte inschrijvingen zijn ingediend, mits de oorspron­kelijke voorwaarden van de opdracht niet wezen­lijk worden gewijzigd en de Commissie op haar verzoek een verslag wordt overgelegd.

Uit de bewoordingen van deze bepaling blijkt dus duidelijk dat een aanbestedende dienst gebruik kan maken van een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking wanneer aan drie cumulatieve voorwaarden is voldaan. Ten eerste moet hij aantonen dat…

Lees hier het originele artikel verder:
JAAN 110 – Geen geschikte inschrijving

Laat een reactie achter

Specialisten op het gebied van Aanbestedingsrecht

Met helder verwachtingsmanagement en snelle opvolging geven we realistische adviezen en maken we werkbare afspraken en contracten. Ons doel is met een menselijke maat juridische problemen te voorkomen of op te lossen. Onze cliënten voelen zich gesteund en geholpen.